In 2007 publiceerde het literaire tijdschrift yang – de voorganger van nY – een nummer onder de titel ‘Omzetsels’. Het dossier daarvan was gewijd aan het literaire vertalen, of – zoals in de inleiding te lezen staat – aan het ‘anders vertalen’. Sinds 2007 is heel wat veranderd in de manier waarop we omgaan met vertalers: hun creatief eigenaarschap is zichtbaarder (op de omslag van boeken, in de uitreiking van prijzen), en er is meer fijngevoeligheid voor de machtsverhoudingen waarin de vertaler te werk gaat. Deze recente debatten over de positie van de vertaler roepen een belangrijke vraag op: hoe kunnen we de zichtbaarheid van de vertaler erkennen zonder te vervallen in een romantisch ideaal van individueel auteurschap? In dit nummer verleggen we de focus: van vertaling als creatieve bezigheid naar vertaling als relationele praktijk. In plaats van een valse tegenstelling op te werpen tussen ‘creatieve’ en ‘orthodoxe’ vertalingen, onderzoeken we welke veelvoud aan relaties ten grondslag liggen aan verschillende vertaalkeuzes. Welke verhoudingen tussen auteur(s), vertaler(s) en tekst zijn mogelijk? En wat zijn de politieke implicaties van deze verhoudingen?

In dit nummer:
25.11.25Vertaalrelaties